Look-zonder-look en daslook:

“Look-zonder-look en

Daslook zijn dus in ‘t geheel

niet dezelfde plant!

Het is mei, alles groeit en bloeit en als het zonnetje schijnt, lijken alle mogelijke lentebloeiers te wedijveren om er zo goed en mooi mogelijk tevoorschijn te komen. Heerlijk om te wandelen bij het zien van zoveel moois.

Tussen al het groen, groeien tussen het hakhout langs de heggen en onder de bomen, kleine witte bloempjes met 4 kroonblaadjes, op een lange stengel met daaraan mooie frisgroene hartvormige bladeren met een onregelmatige, getande rand die het geheel afronden. In een beetje schaduw staan ze op z’n frist. Als men een blaadje kneust, komt een uien-of knoflookgeur vrij. Maar Alliaria petiolata of Look-zonder-look, dankt zijn naam aan het feit dat het dus wel geen lookplant is. Petiolata betekent ‘met een steel’ en Alliaria is afgeleid van Allium (=knoflook) omdat het juist een knoflookgeur afgeeft. Botanisch echter is Look-zonder look helemaal geen knoflookplant. Het behoort tot de kruisbloemenfamilie of de Brassicaceae, net zoals de pinksterbloem en koolzaad.

Alles van Look-zonder-look kan in de keuken gebruikt worden: bloemen, bladeren en zelfs het zwarte zaad in de langwerpige hauwtjes, dat als pepervervanger dienst kan doen. De looksmaak kan soms ook naar mosterd smaken, vandaar de benaming Garlic mustard in het Engels.

Look-zonder look, Alliaire officinale ou Herbe à l’ail, Lauchkraut oder Knoblauchsrauke, Garlic mustard

Wetenschappelijke naam: Alliaria petiolata (vroeger ook Alliaria officinalis genoemd wegens zijn geneeskrachtige eigenschappen):

{Klasse: Spermatopsida of zaadplanten};

(Familie: Brassicaceae of kruisbloemigen);

[Orde: Brassicales];

Geslacht: Alliaria

Ik was blij deze plant, die ik jaarlijks wel ben tegengekomen bij het wandelen,maar er in feite de naam niet van wist, even op te zoeken in mijn plantenboek en dan op het internet. Ik moet eerlijk bekennen dat ik erg verbaasd was. Ik had steeds aangenomen dat Look-zonder look een andere benaming was voor Daslook of Allium Ursinum die om één of andere reden volop in onze tuin te Herne, elk jaar tot bloei kwam. Blijkbaar had het bolgewas het er goed naar z’n zin, daar het er zich volop vermeerderde. Lekkere salades, pestosausjes, hardgekookte eitjes met gesnipperde daslookblaadjes,... ja, al dit lekkers heb ik ermee kunnen bereiden. Hier in de Hoge Ardennen, gaat het niet zo goed met de groei ervan. Één plantje heb ik, maar het wil zich niet goed vermeerderen. Misschien moet ik het eens een andere standplaats geven, meer in de schaduw plaatsen?

De bladeren zijn ovaalvormig (2-5cm breed), donkergroen en parallelnervig.

De bloemen bevatten 6 witte ovale bloemdekblaadjes en zijn in losse bloemschermen gegroepeerd. Als men zo een bloempje goed bekijkt, ziet men 6 witte meeldraden en een driedelige stamper. De zaden zijn zwartbruin. Ze bloeien van april tot juni en soms tot in juli. Op plaatsen waar ze veel voorkomen, ruik je de lookgeur heel goed. De planten komen vaak in groepen voor; na de bloei sterft het blad af en het verdwijnt geleidelijk, terwijl de bloembol ondergronds overblijft.

Daslook is een beschermde plant. Het houdt van humusrijke kalkhoudende grond en schaduw.

Wetenschappelijke naam: Allium ursinum:

{Klasse: Spermatopsidae of zaadplanten};

(Familie: Alliaceae of lookfamilie);

[Orde: asparagales];

Geslacht: Allium (look)

Daslook, Ail de l’ours ou Ail sauvage, Bärlauch,Ramson or bear leek of wild garlic

De berennaam zou afkomstig zijn van het feit dat de beren na hun winterslaap heel graag de knollen opgroeven om ze op te smullen. Dassen zouden ze net zo graag lusten.

En nu, nog een kleine Japanse haiku om mijn verhaal met nogal een lookgeurtje, af te sluiten met goed nieuws: een veulentje is sinds gisteren de Haflingerpaardenschare komen vervoegen in de weide hier, achter onze tuin. :-)

“ ‘n Dag in mei, alles

bloeit en in de wei, is ‘n piep-

jong veulen erbij”


Twitter Facebook LinkedIn Volgen