Boekscout Auteursblog - verhalen van en door auteurs

19/8/2018: GROENE EIKELS

19/8/2018: GROENE EIKELS

“Massaal vallen denog onrijpe eikels opde grond door droogte.”Zomereik met onrijpe eikelnapjes aan lange stelen Door deze warme en droge zomer, laten de eiken nu massaal hun nog groene, onrijpe eikels los en men ziet ze op wandelpaden, omzoomd door bomen met onder andere, zomereiken, in grote getale liggen. Vaak zijn ze vertrappeld, want men kan ze bijna niet ontwijken. Bij elke stap hoort en voelt men het onder de voeten knarsen. Wat erger is, is dat de eiken in weiden, percelen en ook in bossen waar hoefdieren grazen, ook nu hun onrijpe vruchten laten vallen. Gezien paarden, ezels, koeien, geiten, schapen, herten en reeën dikwijls de ‘mast’ of de jaarlijkse en natuurlijke losgelaten herfstoogst van de rijpe, bruine eikels graag eten omdat ze voedzaam zijn door de hoge concentratie aan vet (ongeveer 38%), is de kans groot dat ze nu ook van die groene en onrijpe vruchten zouden eten. Doordat het eikenblad, maar ook de normale rijpe vruchten, de niet ongevaarlijke stof tannine bevatten, eten de hoefdieren er van nature meestal ook niet teveel van. Tannines zijn polyfenolen en hebben immers de eigenschap dat ze zich binden aan eiwitten en de eiwitten van het wangslijmvlies gaan zich dan samentrekken. Dit is hetzelfde gevoel dat men heeft als men bijvoorbeeld een slok sterke thee (bevat ook tannines) of een slok tanninerijke wijn drinkt. Dit is de adstringerende of samentrekkende eigenschap van de tannines waarbij de eiwitten in het wangslijmvlies gefixeerd worden. De concentratie van deze tannines is zelfs groter in de groene, onrijpe eikels die nu, vroeger als anders, van de bomen vallen. Door de dorheid van het gras en andere gewassen, kunnen de grazers momenteel minder voedsel vinden en door honger gedreven, is de kans groot dat ze nu grotere hoeveelheden van deze voedzamere eikels zullen eten. De grotere concentratie aan tannines kunnen voor hen levensbedreigend zijn en kunnen letsels veroorzaken aan bloedvaten, darmen en nieren. De Gezondheidsdienst voor Dieren heeft een waarschuwing geplaatst op www.google.be: “Pas op voor onrijpe groene eikels”. En in sommige krantenberichten werd er onlangs ook aangeraden dat het beter zou zijn de paarden, runderen, geiten en schapen op andere weiden te plaatsen waar geen eiken groeien. Tannare betekent ‘looien’ in het Latijn en is het procedé waarbij dierenhuiden behandeld worden met looizuren teneinde ‘leer’ te bekomen.In de Middeleeuwen werden de varkens bij het vallen van de mast of eikeloogst, de eikenbossen ingejaagd waar ze ‘vetgemast’ konden worden door het eten van de rijpe, bruine eikels. Zomereiken produceren meer en grotere eikels en waren toen ook meer gegeerd dan wintereiken. Om die reden en ook wegens het duurzame hout van de eik, werden ze niet zo gemakkelijk gekapt. Zomer-en wintereiken zijn nu autochtone bomen in Nederland en in België, maar warenorigineel afkomstig uit Zuid-Italië en Zuid-Spanje. Wintereiken komen wel iets minder voor.Hieronder vat ik even vlug de verschillen tussen deze twee mooie ‘klassiekers’ samen:Wintereik of QUERCUS PETRAEA:{Klasse: Spermatopsida of Zaadplanten}(Fagaceae of Napjesdragersfamilie: de onderkantvan de eikel zit in een soort napje)[Orde: Fagales], Geslacht: Quercus (Eik).Wintereik, Chêne à trochets, Traubeneiche, Sessile oak : - kan 25 tot 30 meter hoog worden en in goede omstandigheden zelfs tot 40 meter. - de bomen zijn éénhuizig en de bloemen éénslachtig. Dit betekent dus dat de vrouwelijke en mannelijke bloemen op dezelfde boom voorkomen. De bloemen bloeien in mei. - het blad is ondiep ingesneden en meer regelmatig gelobd, zodat beide bladhelften elkaars spiegelbeeld vormen. De grootste breedte van het blad ligt ongeveer in het midden. Ze zijn meestal glanzend donkergroen en hun steel is meestal veel langer dan bij de zomereik: 1cm tot 2,9 cm (bij zomereik: 0,2 cm tot 0,8 cm). De bladeren staan regelmatig geplaatst. - de bloemen en daardoor dus later ook de eikels, zitten als een tros bijeen. Dit is ook de reden waarom de wintereik ‘Traubeneiche’ genoemd wordt in het Duits. - de napjes met hun eikels hebben geen of hebben maar een heel kort steeltje en staan trosvormig bijeen. - de eikels zijn eivormig en zijn meestal wat kleiner dan de eikels bij de zomervariant. De kroon van de wintereik is regelmatig van vorm en minder vertakt. - de schors is grijsgrauw gekleurd, regelmatig in de lengterichting gegroefd en minder dan bij de zomereik. Zomereik of QUERCUS ROBUR:{Klasse: Spermatopsida of Zaadplanten}(Fagaceae of Napjesdragersfamilie),[Orde: Fagales], Geslacht: Quercus ( Eik)Zomereik, Chêne pédonculé, Stieleiche, ‘English’ oak (in Engeland is de zomereik zeer algemeen,vandaar deze benaming):- de zomereik is een zeer lang levende, hardhout leverende boom. - de bomen zijn éénhuizig. De mannelijke en vrouwelijke bloemen komen in aparte bloeiwijzen op de boom voor.- het blad van de zomereik is onregelmatig gelobd en is asymmetrisch van vorm. De grootste breedte ligt boven het midden van het kale blad. De bladsteel is kort (0,1 tot 0,9cm), maar de hartvormige bladvoet is aan beide zijden oorvormig teruggebogen. De bladeren staan onregelmatig gericht en in groepjes nabij de toppen van de twijgen. - de kroon krijgt hierdoor een losse en wat rommelige indruk, dit in tegenstelling met de wintervariant. - de zomereik verliest laat zijn bladeren en kan gedurende de gehele winter het verdorde blad vasthouden. - de eikels van 2 tot 3 cm lang, langer dan bij de wintereik, staan vaak gepaard aan lange steeltjes van ongeveer 5 tot 12 cm lang. Daarom wordt de zomereik in het Duits Stieleiche genoemd. - de schors bij jonge bomen is glanzend en grauwgroen. Bij oudere bomen is de schors onregelmatig en in de lengterichting gegroefd maar ze kunnen ook diepe dwarse, horizontale groeven vertonen.Naast deze robuuste wetenswaardigheden, vermeld ik nog heel even het aangename gevoel dat ik kreeg bij het lezen van een lief berichtje, afkomstig van een meisje dat het verhaal in mijn boek met aquarellen van watervogels zo fijn vond, dat ze het wel 2x gelezen heeft! Haar lievelingsfragment was de aanval van de grote waterrat en de daaropvolgende triomftocht. Heerlijk toch? :-)PS Uiteraard kan ik hierover nog veel meer vertellen, gezien deze bijdrage geen exhaustief karakter heeft. Het internet heeft het voor de geïnteresseerde lezer gemakkelijk gemaakt om dit onderwerp verder uit te diepen, indien gewenst.
12/8/2018: NA DE TWEE HITTEGOLVEN

12/8/2018: NA DE TWEE HITTEGOLVEN

„Weids Eifellandschapmet mooie uitzichten waarrust je nog toestraalt “ Na de twee hittegolven kunnen we weer van normalere zomertemperaturen genieten en kunnen we terug opgelucht gaan wandelen in de natuur zonder zich bezweet en onfris te voelen na de minste inspanning. Het zijn nu weer echte mooie zomerdagen die we kunnen koesteren na die helswarme dagen. Dat maakt me zo blij:-).Waar we wonen, niet ver van de grens met het noordelijkste deel van het Groot Hertogdom Luxemburg en dat men de Oesling noemt, is de Vulkaaneifel en de Zuideifel van Duitsland ook niet zo veraf. We gaan er dus ook regelmatig uitstapjes maken en als het weer het toelaat en als het niet té warm is, doen we er al gauw stevige dagstapwandelingen. Vrijdag kozen we voor een hoogtewandeling rond Körperich, niet ver waar de Our stroomt en de Gaybach. De natuur likt nog z’n wonden na de doorstane droogte en het gras is er, zoals hier, meestal dor, de bomen verliezen vroegtijdig hun bladeren zodat er op sommige plaatsen op de bodem al een echt‘herfstbladerentapijt’ ligt. De kale weiden waar koeien en paarden staan, zijn voorzien van ruiven met bijvoer en watertanks. We zagen zelfs koeien in een afgemaaid korenveld staan... Net als de meesten onder ons, ziet men dat de dieren en planten en de meeste gewassen, zich niet bepaald lekker voelen bij zulke warme zomers. Het zal nogal wat aanpassing vragen als het zo verder door zal gaan met de klimaatopwarming. Enkel de maïsvelden lijken in opperste gezondheid te verkeren en gedijen alsnooit tevoren. “Warmhete zomer,gras dor, veel kwijnt weg, maar demaïs tiert welig!”Als ik de dieren op zo’n triestig, schrale weiden zie staan, voel ik me wat verdrietig. De paarden die normaal nu volop van hun frisse grassen zouden moeten kunnen grazen en eten, zijn volledig aangewezen op bijvoer. Wijzelf doen ons best door de paarden van onze buren heel wat wortels te geven als tussendoortjes en soms ook haver; de grassen naast hun weiden knippen we kort en geven het hen over de schrikdraad heen. Onlangs waren ze me met gulzighongerige blikken aan het aankijken toen ik de akkerdistels aan het afmaaien was. Eerst liet ik ze op de grond liggen omdat ik nu niet echt van plan was die stekelige stengels te geven om op te eten, maar omdat ze geen aanstalten maakten om weg te gaan en weer van hun povere grassprietjes te grazen, gaf ik de hengst een bundeltje en... ja hoor, zonder de minste weerzin begon hij er met smaak van te eten en zijn drie vrouwtjes reageerden op dezelfde manier. Uit ervaring weet ik dat ze echt niet alles willen eten want ze hebben elk wel hun speciale ‘goestinkjes’. Uiteraard raadpleeg ik wel degelijk wat paarden mogen eten en welke planten giftig zijn. Het zou nu tochwel erg zijn om die sappige akkerdistels op een metertje afstand van de watertandende paarden zomaar te laten liggen, zonder dat ze eraan kunnen om ze op te eten, niet?Onlangs was het zelfs zo dat ik ze al een hele morgen tot een flink stuk na de middag zag wachten op bijvoer. De hooibaal lag naast de schrikdraad. Niemand kwam hen eten geven en hun ruiven waren leeg. Omdat ik toch een beetje ongerust was, belde ik de eigenaars op om te vragen of er misschien gezondheidsproblemen waren en of ik misschien een handje kon helpen? “Er was geen probleem. Het wasniet nodig, ze zouden de paarden wel komen bijvoeren...” Tja, ze zien er wel niet mager uit, maar ja, ik weet het allemaal niet goed hoor en ik ben echt geen deskundige op dit gebied, maar ‘ze zouden maar blijven eten’, werd er gezegd. Maar beeld je eens in als men dit zelf even moet meemaken: een hele ochtend in de hitte staan wachten, en dit na een lange nacht op een dor grasveld gestaan te hebben, dan zullen enkele wortels alleen hun honger toch niet kunnen stillen, niet? Spijtig genoeg moet ik toch vaststellen dat de natuur, planten én dieren, toch nog maar steeds stiefmoederlijk behandeld worden door het mensdom!Dit heb ik nu ook bij drie boekhandels te horen gekregen toen ik er met mijn boekjes kwam aankloppen met de vraag of ze eventueel een plaatsje hadden om ze te koop aan te bieden. Het was geen probleem maar ze hadden blijkbaar twijfels: boekjes in verband met de natuur, zouden blijkbaar niet zo goed verkopen. We zien maar en ik ben wel echt tevreden over de vele goede en lieve reacties die ik al gekregen heb :-)!
5/8/2018: KOLIBRIEVLINDER

5/8/2018: KOLIBRIEVLINDER

“Als ‘n zweem oranjefladdert ‘n kolibrievlinderblij van bloem tot bloem.”“Une lueur d’orangepapillonne de fleur en fleur:un Moro Sphinx gai!” Enkele dagen geleden zag ik de kolibrievlinder weer. Terwijl ik op mijn favoriete plekje, ons zithoekje bij de witte, lekker geurende vlambloemen, zat, verschoot ik weer van het snel vliegende insect dat zich met z’n lange tong te goed deed aan de phloxnectar. Hij fladderde tot bij een bloemetje om er dan, net als een heel kleine kolibrie, even stil bij in de lucht te hangen. Dit leek maar zo, want in werkelijkheid bewoog hij zijn vleugeltjes zo snel dat men het bijna niet kon waarnemen. Hij leek te genieten van de nectar die hij met zijn lange tong opzoog. Vervolgens vloog hij verder naar een andere phloxbloem waar hij, in extatisch genot van die hemelse zoetigheid, terug kon ‘drinken’. Zo ging het nog een tijdje door want hij kon er blijkbaar niet genoeg van krijgen. Ik had tijd genoeg om dit vlindertje, behorend tot de pijlstaartenfamilie, te bewonderen. Omdat ik mijn gsm niet bij me had op dit moment, heb ik zo goed en zo kwaad ik kon, de mooie gestroomlijnde vlinder geschilderd zoals ik het mij nog kon herinneren: door de zon leken zijn heel snelle vleugelslagen omwille van de oranje achtervleugeltjes, een geel-oranje-rood schijnsel uit te stralen. Na wat opzoekingswerk, zal ik hieronder de Moro Sphinx, zoals men hem ook in het Frans noemt, beschrijven. De kolibrievlinder die ik zag, had grijze voorvleugels (soms kunnen ze ook een meer bruine tint hebben). De achtervleugels zijn oranje aan de bovenzijde en de vleugelspanwijdte in de vlucht is ongeveer 5 centimeter. Deze mooie vlinder leeft gewoonlijk in Zuid-Europa en in Noord-Afrika. Ze vliegen heel snel en behoren tot de bekendste trekvlinders. Het is een soort die nog geen bedreiging kent. Grote aantallen kolibrievlinders vliegen in de zomer naar ons land, Nederland, Groot-Brittannië en ze trekken ook soms tot in Scandinavië. In de winter trekken ze meestal naar zuidelijkere delen van Afrika. De wetenschappelijke naam Macroglossum betekent ‘lange tong’, die hij kan oprollen en Stellatarum verwijst naar de oude plantenfamilienaam ‘stellata’ voor de Sterbladigenfamilie of Rubiaceae, waartoe het walstro behoort: onder andere Lievevrouwebedstro of Galium odoratum en ook Kleefkruid of Galium aparine . Dit is de belangrijkste voedselplant van de groengekleurde rups van de kolibrievlinder met gele en witte strepen, maar Meekrap of Rubia tinctorum is ook een belangrijke waardplant waar het vrouwtje van de kolibrievlinder haar ongeveer 200 bolvormige, bleekgroene eitjes van ongeveer één millimeter doorsnede, individueel op een nauwkeurige plaats, afzet. Dit neemt veel tijd in beslag en ze verschilt hierin van andere vlinders die de eitjes meestal in groepjes afzetten. De eitjes gelijken heel erg op de bloemknopjes van de verschillende soorten walstro om ze op die manier te ‘camoufleren’ tegen roofdieren. Dit wordt mimicry genoemd. Nog een verschil met andere vlinders is dat de paring in het voorjaar tussen mannetjes- en vrouwtjes-kolibrievlinders ook tijdens het vliegen gebeurt. Na 6-8 dagen, verschijnt de rups, geelgroen van kleur, slechts 2-3 millimeter lang en licht behaard. De rups vervelt verschillende keren doordat hij telkens wat groter wordt door zich te goed te doen aan de bladeren van de plant waar hij op leeft. De rups kent verschillende kleurvarianten van groen, bruinrood tot zwart. Op het achterste achterlijfsegment van de rups bevindt zich aan de bovenzijde een lichtblauwe staartstekel met een gele punt, die dient om vijanden af te schrikken. Dit is die staartstekel die bij de soorten van de Pijlstaartenfamilie algemeen voorkomen en waaraan ze hun Nederlandse naam meteen aan te danken hebben. Bij gunstige omstandigheden, is de rups na ongeveer 20 dagen volledig ontwikkeld en is hij 4,5 centimeter lang geworden. Na deze larvale ontwikkeling, transformeert de rups zich in een pop waarbij de cocon gemaakt wordt onder de grond, die als een soort kamertje dient waarin de pop zich bevindt.(Dit is ook anders dan bij de meeste andere vlinders waar de pop om de rups gesponnen wordt). In de pop metamorfoseert de rups zich tot de volwassen vlinder of imago. De vlinders eten dan hun buikje vol met nectar, waarna ze overwinteren om zich daarna voort te planten. En zo kan de cyclus zich weer herhalen. Wetenschappelijke naam: MACROGLOSSUM STELLATARUM{Klasse: Insecta}(Sphingidae of Pijlstaartenfamilie)[Orde: Lepidoptera of Vlinders]Geslacht: Macroglossum kolibrievlinder, Sphinx colibri ou Moro Sphinx, Taubenschwänzchen, Hummingbird hawk-moth Vlambloem:Wetenschappelijke naam: PHLOX Paniculata{Klasse: Spermatopsida of Zaadplanten)(Polemoniacea of Vlambloemfamilie)[Orde: Ericales] Vlambloem, Phlox, Flammenblume, Garden phlox.PS Pairi Daiza, het dierenpark in Cambron Casteau (bij Ath) heeft me beloofd mijn boek te koop aan te bieden in hun boetiek. Daar ben ik heel blij voor, gezien er heel veel meerkoeten te zien zijn in hun tuinen en waters en er ieder seizoen tienduizenden bezoekers komen. Zo zal mijn boodschap mee verspreid geraken!
29/7/2018 TANDENSTOKERPLANT

29/7/2018 TANDENSTOKERPLANT

“Tandenstokertjebij de hand, komt van pas enook lekker van smaak.“ ... helaas, deze plantaardige tandenstokers kan men enkel op Oosterse markten kopen of... eventueel zelf zaaien in de tuin, liefst op een zandachtige grond. AMNI VISNAGA of Fijn akkerscherm, ook nog bekend als Tandenstokerplant, staat dezer dagen in juli volop in bloei en niettegenstaande de vele soorten bloeiende witte schermbloemige planten zoals onder andere het fluitenkruid, die meer in april en mei uitbundig de bermen sieren en nu nog af en toe te bewonderen zijn tussen al wat groeit en bloeit tussen het groen, valt dit Fijn akkerscherm, juist op door de vogelnestachtige korfjes die gevormd worden door de zwaarder wordende heel vele, tot zelfs 150 schermstralen die naar binnen buigen door de vruchtgroei en rijping van de eivormige zaden. De frisse bloemenschermen zijn als heel fijne kantlapjes naast deze ‘vogelnestjes’ te bewonderen. Ze bevinden zich aan lange stengels die naar boven wat gebogen zijn. Een ander verschil met het Groot akkerscherm of Amni majus, een andere schermbloemige plant, zit vooral in het feit dat de gaafrandige slippen van de onderste bladeren amper verschillen van de slippen van de bovenste bladeren. Fijn akkerscherm staat op zanderige en half beschaduwde, en kalkrijkere bodems en is in ons land voornamelijk op braakliggende en andere ruderale plaatsen aan te treffen. Verleden week zag ik ze echter terug langs de Dender staan toen we er langs fietsten en ze staan nu massaal te bloeien langs de Vennbahn te Basbellain (Troisvierges-GH Luxemburg). Ze werden er gezaaid om de ‘Nützlinge’ van dienst te zijn: veel spinachtigen en andere insekten die ecologisch een goede dienst kunnen bewijzen aan het milieu. Wetenschappelijke naam: AMNI VISNAGA{Klasse: spermatopsida of zaadplanten}(Familie: Apiaceae of schermbloemenfamilie)[Orde: apiales]Geslacht: AmniFijn akkerscherm, Amni visnage, Bischofskraut, toothpickweed, bisnaga or sometimes Bishop's weed. Ook niet te verwarren met een andere bekende schermbloemige plant die van juni tot in de herfst groeit op bermen en vooral op taluds, is ook de opvallende witbloeiende schermen van Wilde peen of Daucus carota. Deze algemeen voorkomende schermbloemige soort, die de stamvader is van ons gewas waarvan de oranje wortels gegeten worden, valt op door de fijne peterselie-achtige bladeren aan sterk behaarde stengels en door de sterk geveerde omwindselbladen. Door het ook naar binnen groeien van de buitenste schermstralen, worden de schermen bloemen ook ‘vogelnestjes’ genoemd. De eerste maal dat ik van de Tandenstokersplant iets gelezen heb, is dank zij Ivo Pauwels, schrijver van boeken over prachtige natuurpareltjes en schrijver van columns in onder andere het bekende blad ‘Bloemen en Planten’. We zijn zijn mooie tuin te Zoersel nog eens gaan bezoeken en we zijn met hem aan de praat geraakt, onder andere in verband met Amni visnaga. Hij was zo vriendelijk mij een klein opgepot plantje dat hij tussen zijn opritstenen zien groeien heeft, mee te geven om thuis te planten. Spijtig genoeg heb ik het plantje, ondanks mijn zorgen, niet kunnen houden in de zwaardere leemgrond te Herne. Het Fijn akkerscherm of Amni Visnaga is afkomstig uit de Nijldelta en was al bekend in de Egyptische Oudheid voor zijn geneeskrachtige en krampwerende eigenschappen. Amni is Grieks voor ‘zand’ en verwijst vermoedelijk naar de standplaats waar de plant het liefst groeit. Visnaga betekent in het Latijn ‘bis acutum’ wat ‘dubbelpunt’ betekent. Dit verwijst dan naar de schermstralen van de plant die als tandenstokers gebruikt kunnen worden. Andere Latijnse benamingen voor deze plant zijn Cuminum alexandrinum, Cuminum aethiopicum of Cuminum regium: dus Alexandrijnse, Ethiopische of koninklijke kummel. De zaden van de plant kunnen inderdaad gegeten worden en lijken op anijs-, komijn- en venkelzaadjes. Fijnakkerscherm groeit in Rusland, Iran, West-Europa en Noord-Afrika. In Noord-Afrika is de plant gecultiveerd wat betekent dat hij daar van oorsprong niet voorkwam. De Arabische benaming Khella wordt in het Midden Oosten gebruikt en ook in Europa. De Medische eigenschappen van Amni Visnaga of Khella wil ik hier even aangeven maar het is toch beter eerst een arts te raadplegen indien men van plan zou zijn een bepaalde plantaardige behandeling zelf te willen gebruiken. De krampwerende werking op de gladde spiercellen, en dan vooral die van de luchtwegen en de urinewegen, is de voornaamste eigenschap. Uit khelline, één van de werkzame stoffen van Khella, werd natriumchromoglycaat ontwikkeld: een stof die werkzaam kan zijn bij astma en hooikoorts . Khelline was eveneens de basis voor de bloedvatverwijderende eigenschappen van medicatie zoals calciumantagonisten. Om deze wekelijkse blogbijdrage af te sluiten, wil ik nog even mijn spijt uiten voor al de vele bosbrandslachtoffers te Mati in Griekenland. Ook in Zweden en andere landen hebben het hierdoor zwaar te verduren gehad. Ecologisch is het een ramp en ook zoveel dieren hebben er het leven gelaten... Zo’n erg warme zomers met zelfs hittegolven maken het leven moeilijk en niet meer zo aangenaam, vandaar nog onderstaande haiku: “Zomertje braden,wereldwijd op alle vlak:Zon, vuur, verschroeien...”
23/7/2018: WILGEROOSJESPRACHT

23/7/2018: WILGEROOSJESPRACHT

“Ardense ruigten vol met ‘n fuchsiarode pracht aan wilgeroosjes.” (“En c’moment le boismontr’une rouge fuchsia splendide grâce aux épilobes.”) Van juni tot en met augustus bloeien de ‘knikkende’ Wilgeroosjes en na 10 mooie, zonnige maar wel een beetje al te broeierige dagen - volgens mijn eigen beleving althans - in het Pays des Collines rond Ath , ben ik blij terug naar ons huisje in de Hoge Ardennen te trekken om de prachtige wilgeroosjes te zien die vele Ardense ruigten, open vlakten, hellingen en dalen, roodroze kleuren. Prachtig is dit en als je zo één klein fuchsiarozerode bloempje aandachtig bekijkt aan zijn lange stengel met vele wilgachtige lancetvormige bladeren, dan is het net een heel mooi sieraadje.Er bestaat blijkbaar wat onenigheid en wat meningsverschil in verband met de juiste afbakening van het grote geslacht Epilobium of Basterdwederik dat behoort tot de teunisbloemfamilie of Onagraceae.Ik zal hier proberen uit de wat tegenstrijdige meningen een klein beetje klaarheid te scheppen:-Het wilgeroosje dat in België en meer bepaald in de provincie Luxemburg voorkomt, alsook in het Groothertogdom Luxemburg, in Noord-Frankrijk en de aangrenzende gebieden, behoort wel degelijk tot het geslacht Epilobium angustifolium. -In Nederland behoort het wilgeroosje volgens Heukels ‘Flora van Nederland’ tot het geslacht Chamerion angustifolium. ‘Angustifolium’ betekent smalbladig en verwijst naar de vele smalle en wilgachtige bladeren aan de 0,6 tot 1,5 meter lange rechtopstaande en niet vertakte stengel van de plant waar de bloempjes als een aar rond gerangschikt zijn. De bloempjes bestaan uit 2 paar symmetrische fuchsia gekleurde kroonbaadjes waarvan het onderste paar groter is dan het bovenste, zodat het een beetje aan een vlinder doet denken. De kelkblaadjes zijn meer rood tot wat paars gekleurd waarvan het smalle onderste kelkblad tussen de twee onderste kroonblaadjes naar beneden steekt. Het lijkt wel alsof de bloemen op steeltjes staan maar deze steeltjes vormen wel het vruchtbeginsel. De plant woekert nogal en dit heb ik aan den lijve of beter gezegd in de tuin goed en wel ondervonden. Omdat ik van wilgeroosjes hou, heb ik enkele planten, die spontaan tussen mijn borderplanten kwamen uitpiepen, gewoon laten staan. En vanaf dan, moet ik de vertakte wortelstokken toch steeds maar uittrekken want we riskeren dat heel de tuin straks uni-rozerood gekleurd wordt... Het pluizige zaad verspreidt zich overal met de wind en de kruipende wortelstokken blijven maar ondergronds voortlopen. Na een bosbrand, zijn de wilgeroosjes de eerste planten die de zwarte en kale grond weer overgroeien en het is niet moeilijk te bedenken hoe en waarom de Engelse benaming ‘Fireweed’ zijn oorsprong heeft gevonden... Het wilgeroosje is ook de waardplant van de nachtvlinder Groot avondrood (Deilephila elpenor), familie van de pijlstaarten. Een prachtige roze vlinder, een beetje naar de gelijkenis van de wilgerozenbloempjes zelf. Misschien wel door de natuur zo geschapen om niet al te veel op te vallen voor mogelijke vijanden; de rups evenwel, heeft nogal een griezelige slangenkop, net om eventuele lekkerbekken te laten weten: ‘Blijf maar liever ver uit mijn buurt!’ Op culinair en medisch vlak, zijn de bladeren en de scheuten van het wilgeroosje lekker als sla en het zou zelfs de smaak hebben van asperges: vooral de scheuten en men raadt zelfs aan ze als asperges te bereiden.De bladeren en de bloemen kunnen eerst gedroogd worden om ze als thee te kunnen gebruiken. Het zou zelfs, heb ik gelezen, ontstekingswerende en antibacteriële eigenschappen bezitten.Dit heb ik echter nog niet getest! Magenta, cyclaam of fuchsia?Magenta is een extraspectrale kleur en is dus een kleur die niet in het elektromagnetisch spectrum voorkomt. De zuivere kleur magenta kan slechts worden verkregen door gelijke hoeveelheden van rood en blauw licht te mengen: magenta licht bestaat eigenlijk niet.De kleur magenta wordt soms ook voor de meer roze tinten als ‘cyclaam’ aangeduid of voor de meer rode tinten, gebruikt men de benaming ‘fuchsia’, naar de bloemen die deze kleur kunnen hebben.De term magenta is afkomstig van één van de eerste kunstmatige kleurstoffen, aniline. Deze werd ontdekt kort na de Slag bij Magenta, die plaatsvond bij de stad Magenta in Noord-Italië, in 1859. De kleur is aldus genoemd naar de slag, en dus indirect naar de stad.Deze wetenswaardigheden heb ik wel op Wikipedia gevonden ;-) Wetenschappelijke naam: CHAMERION of EPILOBIUM ANGUSTIFOLIUM{Klasse: Spermatopsida of zaadplanten}(Familie: Onagraceae of Teunisbloemen)[Orde: Myrtales]Clade: bedektzadigen/rosidenWilgeroosje/Épilobe/Schmalblättriges Weidenröschen of Wald-weidenröschen/ Bayrose or Fireweed Tot slot nog enkele imkerweetjes die ik tegengekomen ben bij het opzoeken naar het verschil tussen het Knikkend Wilgeroosje en het Harig Wilgeroosje: Knikkend Wilgeroosje of Epilobium angustifolium: te vinden op ruigere en hogere bosgedeelten. Ze trekken de bijtjes erg aan met hun blauw en donker stuifmeel. Harig Wilgeroosje of Epilobium hirsutum: meer op nattere gronden te vinden, langs waterkanten. De smalle bladeren en de stengel zijn heel zacht behaard en de kleinere bloempjes vertonen 4 fuchsiarode gelijke kroonblaadjes. Ze zouden minder gemakkelijk de bijtjes aantrekken. Nog eventjes aangeven dat we tijdens die warme dagen te Ath tegen de avond fietstochtjes ondernomen hebben langs de Dender en jawel, de meerkoetjes met hun piepende juvenieltjes weer volop hebben zien zwemmen tussen de gele plomp en - zo mooi - een paartje had een redelijk groot nest gemaakt van rietstengels en plompbladeren temidden van de bloeiende gele bloemen en stengels waarin 3 juvenielen, mooi bij mekaar zaten en piepende geluidjes maakten of zich al rechtstaand de veren poetsten terwijl moeder en vader rondzwommen.We zijn ook een dagje naar Sluis gegaan en gezien er toch ook veel meerkoeten in de Damse Vaart te zien waren, vroeg ik aan de enige boekhandel te Sluis, of ze geen plaatsje hadden om er een stapeltje van mijn Nederlandstalige meerkoetenboekjes te deponeren. En... dat was gelukkig geen probleem :-) De laatste week van juli is aangebroken en het blijft warm en een hittegolf is zelfs aan het aankomen... “De warmte houdt aan, Zelfs ‘n hittegolf is op komst! ‘n Regenbui blijft uit...” (“La chaleur persiste... Une canicule nous prendral’espoir d’une bonne pluie.”)
15/7/2018: DE RODE DUIVELS

15/7/2018: DE RODE DUIVELS

“Rode Duivels’ Dag:Geëerd door Koning en ‘t volk...We zijn trots op ‘t Brons !” :-) Ja, we zijn terecht blij en trots op onze Rode Duivels die vandaag gevierd en geëerd worden door ons Koningshuis en het Belgische volk op de Grote Markt van Brussel. De zege tijdens de troostfinale tegen Engeland, gisteren in St Petersburg met de Bronzen Medaille doet de teleurstelling van de verloren wedstrijd tegen Frankrijk toch wat vergeten en... ze hebben zeker geen gezichtsverlies geleden want hun mooie spel werd gewoon gefnuikt door de logge blokkades van de tegenstanders. Wat blijft is nu blijheid in onze harten! Ze hebben zelfs tijdens die voetbalgekte het klaar kunnen spelen dat vele niet-voetballiefhebbers (zoals wijzelf onder andere), nu graag hun voetbalmatch wilden volgen :-)Een welgemeend BRAVO voor de Rode Duivels!En... ik denk hier nu ook weer aan de kleintjes van de meerkoetjes in wollige rood-geel-zwarte pakjes, die ik als ‘Belgische vlaggetjes’ had bestempeld in mijn boekjes. Een beetje onterecht hoor, want ze kunnen even goed als ‘Duitse koetjes’ aanzien worden en de grootste populatie meerkoeten bevindt zich trouwens in Nederland.
7/7/2018: De frisheid van een ‘Bosbad’

7/7/2018: De frisheid van een ‘Bosbad’

“Bij ‘n Shinrin Yokumijm’ren op ‘n haiku en straksbij ‘t ontbijt, een sudoku ;-)” “ ‘t Bos lijkt op ‘n klankkastvan vrolijk vogelgezang:‘t Rijkdom van ‘vroeg op’ !” Deze laatste week hebben we geprobeerd de hitte tijdens deze huidige warme zomerdagen ‘s morgens even vóór te zijn om toch een mooie koele dagelijkse ochtendwandeling te kunnen maken in het bos. Hiertoe moesten we wel vroeger opstaan dan gewoonlijk, maar het was verfrissend, aangenaam en gewoon heerlijk om de vogeltjes te horen zingen in het bos dat als een klankkast fungeert. En als je dan na zo’n goed uurtje of meer stappen weer thuiskomt, voel je je na het opfrissen en een lekker lang ontbijt, weer helemaal opgefleurd. Het heeft wel zo zijn voordelen, zo’n ‘bosbad’ of ‘zich even onderdompelen in het bos voor een wandeling’. Deze omschrijving komt van het Japanse woord SHINRIN YOKU en is het geheim van hoe de Japanners zich op een natuurlijke manier gezond proberen te houden. Ik las het mooi gebonden boek “Shinrin Yoku, Les bains de forêt” in het Frans van Pr. Yoshifumi MIYAZAKI waarin hij het welzijnseffect beschrijft van het bos en de groene natuur op de menselijke gezondheid. Een goede wandeling - en het hoeft niet perse dagelijks te zijn - kan onder andere al een bloeddrukverlaging bij mensen met een hypertensieneiging teweegbrengen. Bij het onderzoek van Pr. MIYAZAKI, komt ook aan het licht dat een parkwandeling, het zicht op een groene omgeving, of gewoon een plant in je werkruimte, al voldoende kan zijn om je beter te gaan voelen. Ook patiënten in een ziekenhuiskamer lijken vlugger te herstellen als ze het uitzicht kunnen krijgen op wat groene natuur.We kregen deze week echter ook een paar onweersbuien te verwerken, hier aan de Luxemburgse grens, maar gelukkig toch zonder schade. De uitgedroogde natuur leek echter te herleven na zo’n goede en redelijk lange plensbui en de volgende ochtend was het nog aangenamer wandelen in het gelaafde bos :-) “Fikse regenbui doet de natuur herleven...‘t Geurt zo intens fris.” “Vrolijk natuurschoon,bloemenpracht, vogelgezangmaakt geest vrij en blij.” (“ La nature désaltérée et heureuse,le chant d’oiseaux, la splendeur des fleursrend l’esprit libre et gai.”) Gisteren heb ik het heel interessante boek met titel “Briljant groen” uitgelezen van Stefano MANCUSO, hoogleraar aan de universiteit van Florence, en Alessandra VIOLA, een bekroonde Italiaanse wetenschapsjournaliste. Dit boek werd vertaald in het Nederlands door Etta MARIS en bij het lezen ervan heeft het me wel aan het denken gezet en zeker als men beseft dat dieren én mensen zonder de planten, nog geen week zouden overleven op onze planeet!De planten werden en worden soms nog steeds instinctief als onbeweeglijk of sedentair en als ongevoelig aanzien en deze specifieke kwaliteiten waren dus ook bepalend voor de houding van de mensheid ten opzichte van de plantenwereld. Deze houding is afkomstig van de opvatting van de Griekse filosoof en wetenschapper, ARISTOTELES. Volgens hem stond de plantenwereld lager op de evolutietrap dan de dierenwereld, omdat de planten zich niet kunnen bewegen. Het idee dat planten helemaal anders waren dan dieren, begon pas aan het eind van de negentiende eeuw te wankelen en dit dankzij DARWIN. Hoewel deze verkeerde denkwijze nu nog steeds bestaat, erkent men nu op wetenschappelijk niveau dat het verschil tussen planten en dieren niet kwalitatief is, maar kwantitatief: dieren gebruiken de materie en de energie die door de planten wordt geproduceerd. Planten gebruiken de zonne-energie om in hun behoeften te voorzien.Dieren, en dus ook de mens, zijn daarom afhankelijk van planten, en planten zijn afhankelijk van de zon. Zo is men tot het inzicht gekomen welke essentiële rol de planten in de biosfeer spelen: planten zijn de bemiddelaars tussen de zon en de dierenwereld. De chloroplasten of bladgroenkorrels als de kenmerkende plantencelorganismen hebben een belangrijke functie bij de fotosynthese in een plant. In de bladgroenkorrels wordt het zonlicht opgevangen en verwerkt. In de thylakoïden in de chloroplast vindt de fotosynthese plaats. Hierbij worden water en koolstofdioxide omgezet in koolhydraten. Met andere woorden, fotosynthese is het proces waarbij planten (en sommige bacteriën) lichtenergie gebruiken om koolstofdioxide om te zetten in energierijke verbindingen (koolhydraten), zoals glucose. Organismen die aan fotosynthese doen noemt men (foto)autotrofen. Dit wil zeggen dat deze organismen in staat zijn om zichzelf van energie te voorzien en dat ze niet afhankelijk zijn van andere organismen om te kunnen groeien. Planten vangen het licht op met chlorofyl. Deze stof zit in chloroplasten of bladgroenkorrels. Chlorofyl geeft bladeren ook hun groene kleur. Hoewel alle groene onderdelen van planten chloroplasten bevatten waar fotosynthese plaatsvindt, wordt veruit de meeste energie opgewekt in de bladeren.Onlangs heeft wetenschappelijk onderzoek bevestigd dat planten ondanks hun schijnbare onbeweeglijkheid over verbazingwekkende vaardigheden beschikken, en zelfs over intelligentie. De plant beschikt naast de vijf zintuigen, waar wij als mens ook over beschikken, nog minstens vijftien andere. Zo waarschuwen planten elkaar met geurstoffen voor bijvoorbeeld vijandige planteneters; ze vormen met hun wortels heel grote netwerken en ze kunnen ook met vogels, insecten en met elkaar communiceren over hun leefomgeving. Vooraanstaande wetenschappers stellen de planten daarom op dezelfde evolutionaire trede als de dieren. Het is een fascinerend boek, dat mij aangegrepen heeft dankzij de toegankelijk geschreven beschrijving van de plantenvaardigheden, hun intelligentie en hun communicatie met de omgeving.Bij het wandelen hebben we de beschreven ‘crown shyness’ of ‘kroonschuchterheid’ zelf kunnen observeren in een stuk bos waar alleen dennen staan. Het werd al veel vroeger geobserbeerd maar volgens Stefano MANCUSO is dit een voorbeeld van gebarentaal bij sommige planten en bij sommige bomen zoals dennen en ook bij beuken, waarbij ze de neiging vertonen te voorkomen dat hun kronen elkaar aanraken. Ze proberen op de een of andere manier contact te vermijden, maar het juiste waarom, is nog niet duidelijk. Het is een soort signaal waarmee de boomtoppen hun aanwezigheid aan elkaar willen communiceren en een verdeling van het beschikbare territorium in verband met licht en lucht overeenkomen, zodat ze elkaar niet moeten hinderen noch storen.Om af te sluiten wil ik nog eventjes kwijt dat ik een aantal Franstalige boeken heb kunnen deponeren in de boekenhandel ‘MEDIA STORE’ van het grote Shoppingcenter MASSEN te WEMPERHAARDT aan de grens België-Luxemburg. We zijn er zelf goede klanten en dankzij een goede onderlinge afspraak, ben ik blij dat een aantal exemplaren van mijn ‘meerkoetenboekje’ daar hun plaats gekregen hebben.En... deze morgen heb ik nog een aantal lieve mailtjes met positieve reacties mogen ontvangen. Een mevrouw die het boek als geschenk had gekregen van iemand, schreef dat ze een broedend meerkoetje bij haar in de buurt, ook ‘Atrien’ had genoemd :-)
1/7/2018: DE WESTHOEK AAN DE IJZER

1/7/2018: DE WESTHOEK AAN DE IJZER

De Dodengang nabij de IJzerbocht, waar zoveel jongens, in extreem moeilijke omstandigheden, tijdens de Grote Oorlog ‘14-‘18 de dood in de ogen hebben gezien... De klaproosjes zijn als de bloederige herdenkingen aan al de overledenen tijdens een onzinnige oorlog. “De Westhoek, vlak land,de IJzer die zich, bloedmooi,kronkelt in bochten.” Een paar weekjes terug, brachten we vier dagen door in Diksmuide met de bedoeling ons even onder te dompelen in de herinnering van die lelijke Eerste Wereldoorlog, die honderd jaar geleden, vier jaren van leed en onzinnige dood heeft betekend voor veel jonge soldaten en burgers.We bezochten oa de IJzertoren waar we meteen bevangen werden bij het bekijken van een korte film waarbij men de hevige acute ademnood van een soldaat evoceert na een mosterdgasaanval. De extreme moedeloosheid overvalt je bij het zien hoe die arme soldaten in die modderige gangen moesten zien te overleven en vechten en tegelijkertijd geplaagd werden door ongedierte en infecties.Helemaal boven op de toren, hadden we een breed uitzicht op de IJzervlakte en we konden zelfs vanuit Diksmuide de Europatoren van Oostende waarnemen. Het museumbezoek in de toren was erg interessant.De tijdelijke tentoonstelling van Floating Dreams toont 70 kinderfiguurtjes met een rugtas die zich naar de IJzertoren begeven: ze symboliseren al de kinderen die momenteel in oorlogslanden moeten leven; Kamagurka heeft ze als kunstenaar nog bijgewerkt met naast elk figuurtje, een passende tekst.De volgende dag bezochten we de 400 meter lange Dodengang, aan de brede bocht van de IJzer.Daar hoorde ik een meerkoetje met haar kleintje, nog vóór ik ze zag zwemmen in de stroom, de getuige van zoveel verloren mensenlevens, een eeuw geleden.We bezochten ook Nieuw en Oud Stuivekenskerke nadat we gewandeld hadden langs de oude Viconiakleiputten, nu omgevormd tot een natuurgebied, waar vele watervogels naar hartelust kunnen zwemmen en oa ook veel meerkoeten ;-). De kapel van het Onze-Lieve-Vrouwehoekje te Oud Stuivekenskerke werd dankzij Pater Martial Lekeux opgericht ter nagedachtenis van de overleden soldaten. Martial Lekeux, niettegenstaande pas Franciscaan gewijd, had zijn pij verwisseld voor een soldaatuniform toen de kerk vernietigd werd en alles onder water werd gezet. De ruïnekerk werd door Martial Lekeux toen al gebruikt als uitkijkpost. Een kansel, te beklimmen om de omgeving te aanschouwen, werd gebouwd op de basis van deze kerk.We gingen ook de monding van de IJzer in Nieuwpoort bekijken met het sluizencomplex “de Ganzepoot”. Heel indrukwekkend allemaal en bewonderenswaardig te weten hoe Karel Cogge en Hendrik Geraerts een historische rol hebben gespeeld tijdens de cruciale onderwaterzetting van de IJzervlakte tijdens WOI.We brachten tevens een bezoekje aan het rouwende ouderechtpaar van Käthe Kollwitz bij het graf van hun overleden jongste zoon, Peter, te Vladslo. Hij was 18 jaar oud toen hij sneuvelde op 23 oktober 1914 nabij Esen.Het is een prachtig eerbetoon aan alle rouwende vaders en moeders die met verscheurend verdriet een kind te betreuren hebben.Käthe Kolwitz verloor haar man nog vóór de Tweede Wereldoorlog en tijdens deze oorlog verloor ze ook nog haar kleinzoon, ook Peter genoemd, die aan het Oostfront sneuvelde. Hij was de zoon van haar oudste kind, Hans en de broer van Peter die zijn leven liet tijdens WOI.We hebben na dit bezoek aan deze sobere, met madeliefjes bestrooide begraafplaats voor Duitse soldaten, onder hoge eiken, nog een wandeling gemaakt in het aanpalende Praatbos met mooie, ingetogen gedichten, te lezen op diverse plaatsen tussen het groen.De laatste dag, zijn we naar ‘Bachten de Kupe’, het gebied tussen de IJzer en de Noordzee, gereden om er te gaan wandelen. Het is een mooi stukje natuur langs de IJzer met kreekjes, van Elzendamme in de richting van Stavele. We hoorden veel vogeltjes zingen, zagen paarden grazen, reigers vissen, futen en ... ook meerkoetjes zwemmen ;-) “Lieflijk IJzerland...Toch blijft ‘t oorlogsonzin nogsteeds nazinderen...” “De IJzer, plaats vanbikkelharde strijd, stroomt nuzacht in d’ avondzon.” Het waren dagen van intense beleving maar de mooie anekdotes van vriendschap in moeilijke tijden verzachtten de gruwelijke realiteit van de oorlog ... van elke oorlog die op dit moment in de hele wereld woedt.Als men bedenkt hoe verwoest Diksmuide was op het einde van 1918, en welk aangenaam stadje het nu is en hoe mooi het oogt met de prachtige gebouwen op en rond de Grote Markt, dan herleeft de hoop in ons bewustzijn.Diksmuide wordt de “Boterstad” genoemd en boterkoeken zijn hun specialiteit!We waren gelogeerd in ‘t Klein Gewin in een knus appartementje voor twee dat luistert naar de naam “Het Begijnhof”, helemaal boven met de nok van het dak open gewerkt in hout. Het ligt aan de Handzame Vaart, aan de overkant van de straat, dicht bij de vismarkt en niet ver van de Grote Markt. In het voortreffelijk restaurant van ‘t Klein Gewin, hebben we op een avond een lekker vegetarisch gerecht gegeten: Shaksuka op basis van tomaten, rode paprika, knoflook, ui, koriander, fetakaas, olijfolie en 2 spiegeleieren. Met een gepofte aardappel en een fris slaatje was het een heerlijke maaltijd.In de winkelstraat, Generaal Baron Jacquesstraat, in Roma Uno Eel, een heel gezellige pizzeria waar je enkel, verse zelfgemaakte pizza’s kunt eten en drank en koffie ook natuurlijk, heb ik de lekkerste pizza ooit gegeten: pizza met tomatensaus, kaas en... patatjespuree :-) Echt een heerlijke combinatie! We keren er heel zeker terug! Njam!
25/06/2018: DE KRACHT VAN LICHAAMSTAAL

25/06/2018: DE KRACHT VAN LICHAAMSTAAL

„Al schilderend‘t verdriet verwerken van ditkostbaar jong verlies...” Een triestig verhaal dit keer...Het onderstreept wel het belang van lichaamstaal, de universele gevoelstaal die ons toelaat alles en iedereen te begrijpen als we het nodige geduld kunnen opbrengen om goed te leren observeren.Het verhaal in mijn boek is dus volledig gebaseerd op die lichaamstaal. Begin deze maand, hebben we in de provincie Luxemburg, waar wij wonen, nogal wat regen en onweer te verwerken gehad. Na een nacht en een ochtend van bliksem en donderslagen met heel veel regen, was ik blij en opgelucht toen de stortvloed eindelijk voorbij was en ik een luchtje kon scheppen in de tuin. De planten leken wel doorweekt te zijn en veel bloemen lagen neer.Opeens hoorde ik het luide gehinnik van één van de merries in de weide, grenzend aan drie zijden van onze tuin. Het was Ramona die nog juist geen maand geleden bevallen was van een vrouwelijk veulentje, een pienter, prachtig jong paardje dat al volop dartelend en nieuwsgierig de grote wereld in zich opnam. Tesamen met haar 2 neefjes, die met enkele dagen verschil ook geboren zijn in mei, waren ze al volop met mekaar aan het spelen.Ramona kwam dus in galop en briesend naar mij toe gerend en trok voornamelijk mijn aandacht met haar blik: wijd opengesperde ogen. Gezien ik dit gedrag helemaal niet van haar gewoon was, vond ik dit erg vreemd. Omdat ik haar veulentje niet bij haar zag, dacht ik eerst even dat ze mij om een lekkere wortel vroeg hoewel ze dit nog nooit eerder op zo’n hevige manier had opgeëist. Nadat ze mij even zo was blijven aanstaren en hierbij een snuffel kreeg van de hengst, die op haar geroep ook was komen aanlopen, galoppeerde ze weer weg. Ze rende in de richting van de verste uithoek van de weide waar bomen staan en waar het terrein nogal sterk afhelt naar de afrastering waar ik, van waar ik stond, geen overzicht op had, wegens voor mij onzichtbaar.Maar ineens kwam Ramona weer tevoorschijn van onder het groene loof en ze fixeerde me met haar blik terwijl ze weer een luid gehinnik liet horen. Dit was niet meer normaal en ik belde onmiddellijk per gsm naar de ouders van de eigenaar, onze overburen. Even later was de opgeroepen landbouwer in de weide, en het was voor mij net alsof het een eeuwigheid duurde vóór hij terug tevoorschijn kwam van onder de bomen, waar ook Ramona stond te wachten. Terwijl hij naar me toe kwam gestapt, schudde hij zijn hoofd en vertelde me dat het veulentje dood was! Vermoedelijk overleden door een blikseminslag. Alles wees hierop: de bomen, waar dieren graag beschutting zoeken bij onweer en die de bliksem juist aantrekken, alsmede de schrikdraad aan de afrastering! Elk jaar opnieuw vallen er koeien en andere dieren als slachtoffers te betreuren bij zwaar onweer.Ik voelde ineens zo’n verzengende droefheid en hopeloosheid over me heen komen: het was alsof ik het grote verdriet aanvoelde dat Ramona nu moest verwerken. Ze bleef een hele poos bij haar dode veulentje. Ze week ook niet toen, na een tijd, haar baasje kwam kijken en evenmin toen de dierenarts haar kleintje kwam inspecteren.Maar toen ze het dode lichaam van haar veulentje kwamen halen met een tractor, was het alle hens aan dek: onder luid geroep, gebries, afwisselend hinnikend en tierend, liep ze mee met de tractor, en toen ze niet mee mocht, was het even heel erg oppassen geblazen opdat ze gewoon niet mee over de afrastering zou springen. Ze liep dan maar van hier naar daar om nog een glimp van de tractor met haar baby waar te kunnen nemen, altijd maar weer over en weer galopperend. De trouwe hengst liep maar overal achter haar aan terwijl de twee andere wijfjes met hun veulentjes afzijdig op een afstand bleven staan.En ik, ik stond daar maar aan de afrastering tussen de weide en onze tuin, hopeloos kijkend. Al huilend probeerde ik zacht Ramona toe te spreken in de hoop haar zo te pogen wat te kalmeren. Ik wou haar op de één of andere manier laten aanvoelen dat ik met haar aan het meerouwen was.Opeens stopte de hengst even zijn achtervolging om naar mij toe te komen. Met zijn snuit dicht bij me kwam hij snuffelen en me teder aankijken, terwijl ik hem streelde. Ik voelde dat hij mijn verdriet begreep doordat ik huilde. En even later, verminderde Ramona haar vaart en kwam ze aarzelend in mijn richting terwijl ik haar zachtjes aan het toespreken was. Ze kwam zelfs helemaal tot bij mij en liet haar aaien en toespreken en het was alsof we tesamen aan het rouwen waren. Ik voelde aan dat ze begreep dat ze niet alleen was die treurde om haar kleintje.En sindsdien kijkt ze me iedere keer met die lieve blik aan als ik haar begroet en lieve woordjes toespreek. Ik vermoed dat ze haar lot aanvaard heeft maar men kan dit natuurlijk niet echt weten. Zoals bij de mensen, moet er wat tijd overheen gaan, denk ik toch, niet? “Hopeloos voelenwe ‘t merrieverdriet aan vanhaar veulentjes’dood.”
15/6/2018: POSITIEVE BERICHTJES

15/6/2018: POSITIEVE BERICHTJES

Ditmaal geen fotootje gezien we op ons appartementje als tweede verblijf, enkel met een Ipad en Iphone kunnen communiceren en ten gevolge van één of andere reden, kunnen we daarmee geen beelden op deze blog plaatsen...Maar voor een positief berichtje is er wel altijd plaats en wat ik gisteren via een mailtje heb vernomen, maakte me zo intens blij dat ik er nu graag eens mee naar buiten kom :-)Een vriendin liet me weten dat het kleinzoontje van haar hartsvriendin, weer op maandelijkse therapie moest naar het ziekenhuis wegens een auto-immune ziekte. Het jongetje, 10 jaar oud, houdt niet echt van lezen en in plaats van haar kleinzoontje ook niet lastig te vallen met lesherhalingen voor de komende schoolexamens gedurende deze al heel vervelende dag voor hem, had zijn oma mijn boekje meegebracht naar het dagziekenhuisverblijf om samen met hem het meerkoetenverhaal te lezen in de hoop dat hij de smaak ervan te pakken zou krijgen. En wat bleek: ze hebben 2 hoofdstukken doorgenomen en hij was wonder boven wonder, reuze enthousiast. Hij vertelde zijn oma dat hij echt graag het boek leest omdat het ook niet echt moeilijk geschreven is, en dat het toch ook geen kinderboek is, gezien volwassenen er evengoed van kunnen genieten. (Er staat dus wel degelijk op de cover dat het een boek is voor jong en oud). Hij vond mijn aquarellen ook zo tof en hij vroeg of zijn oma, de volgende keer ook het boek wou meebrengen. Hij verheugde er zich al op om tijdens de vakantie bij haar te gaan logeren. Ze woont ook niet ver van de Dender om dan Atrien te gaan opzoeken. Atrien is namelijk het meerkoetje dat naar mij toe is komen zwemmen en een hele tijd naar mij is blijven staren, nadat het zich op minder dan een meter van mij vandaan op wat oude wortelstokken van Gele Plomp gemakkelijk had gezet. Dit was de aanleiding van heel wat aquarellen en met gedachtenflarden, is er uiteindelijk een verhaal met heel wat aangename wetenswaardigheden uit gegroeid... Zowel het Nederlandstalige als de Franstalige versie vallen in de smaak en ik kreeg al heel veel positieve weerklank te lezen en te horen. Dat doet enorm veel plezier. De enige negatieve berichtjes kwamen van mensen die lang op hun bestelling hadden moeten wachten... Wat me ook opvalt is dat voornamelijk kinderen van 9 tot 11 jaar heel enthousiast het boek spontaan beginnen te lezen en ook volwassenen vinden het heel leuk, goed doordacht en interessant. Ondertussen is er een bericht van het boek te lezen in het trimesteriële blad van de stad Aat: ‘La Vie Athoise’. Gezien we weer in de buurt zijn van Atrien en Fulimon, haar man, zijn we weer eventjes bij hen op bezoek gegaan, en al wandelend langs de Dender, zagen we ineens de twee meerkoetjes naar ons toe peddelen, met in hun kielzog, één lief kein pluizenbolletje in zwart, geel en rood :-)
6/6/2018: AVONDWANDELING

6/6/2018: AVONDWANDELING

“Koeiengeloei alom.De wei krijgt ‘n gouden gloed doord’ondergaande zon.” Gisterenavond, na een warme en zwoele dag, was het aangenaam wandelen tussen de velden en weiden met koeien en kalfjes. Zij leken ook te genieten van de koelere temperaturen, waarbij de afgezwakte zonnestralen het landschap een zacht, warmgouden gloed gaven. “De dag zont tot ‘t eind.De felle zon verzwakt alzakkend tot een goudblos.” Maar ook de insecten houden van deze mooie, vroegzomerse avonden waarbij de wilde bloemen hun lekkere geuren verspreiden en ook ondergedompeld worden in de zachte goudblos van de ondergaande zon.De stekende vliegen en dazen zijn echter niet uit op de lekkere nectar maar zoeken wat zoetsappig bloed op van voorbijgaande blote benen en armen of alles wat maar bereikbaar is om venijnig in te steken. En ja, een daas had mij weer eens beet...Gelukkig zag ik in de omgeving genoeg Grote Weegbree bloeien en nadat ik een proper, fris blad had uitgezocht, wreef ik de jeukende, pijnlijke plaats in met het gekneusde blad.Al na een paar minuten, verzacht het de branderige jeuk en later verdwijnt zelfs de gezwollen roze plek en het komt niet meer terug.Het is niet de eerste keer dat ik dit proefondervindelijk heb vastgesteld want toen ik weer eens de pineut was van een vluchtige, ongevraagde aanraking met een brandnetel of een ‘kriebelzoentje’ kreeg van een of ander insect, greep ik naar dit gratis supermiddeltje, zomaar te vinden op voetgetreden paden en wegen, in het bos en tussen de velden of op braakliggende grond of in de tuin. Het komt elk jaar weer terug omdat het kwistig uitgezaaid wordt vanuit de rijpe zaaddoosjes van de bloempjes uit de grote rolronde bloemaar. De lange stempel verschijnt eerst en daarna de lilakleurige helmknopjes die later geelachtig worden. Elk zaaddoosje bevat 4 of meer zaadjes. Als je zo een plantje vindt in de buurt waar je woont, kun je eventueel het met de worteltjes uittrekken om het dan ergens in de tuin te planten. Altijd handig als je je bij het tuinieren een brandnetelblad aangeraakt hebt of als je gestoken werd.De brede groene bladeren zijn elliptisch of eirond en groeien rozetvormig. De nerven van de bladeren lopen parallelvormig en de steel is redelijk dik. De bladeren kunnen licht behaard zijn.De Grote Weegbree of Plantago Major bevat nog vele geneeskrachtige eigenschappen maar gezien ik ze niet getest heb, verwijs ik voor verdere lectuur naar Google of Safari. Ethymologisch komt Weegbree voort uit het Oud-Saksische ‘wegbreda’ wat 'brede weg' betekent. De plant kan zich meestal wel goed uitbreiden op wegen en paden. Plantago komt van ‘Planta Pedis’ wat 'voetzool' betekent in het Latijn, hetgeen verwijst naar de bladeren die een beetje de gelijkenis kunnen hebben van een kleine, brede voetzool. Vanuit Europa werd Weegbree over heel de wereld verspreid en de Indianen noemden de plant dan ook ‘de voetstap van de blanke’ omdat de Europeanen zowat heel de wereld hebben afgereisd. Hieronder zet ik weer achtereenvolgens op een rijtje eerst de benaming in het Nederlands, het Frans, het Duits en in het Engels. Daarna vermeld ik de LATIJNSE of wetenschappelijke benaming, de {Klasse}, de (Familie), de [Orde], waartoe de plant behoort en vervolgens het Geslacht en de Soort : Grote Weegbree of Breedbladige Weegbree/Grand Plantain/Breit Wegerich oder Grosser Wegerich /Common Plantain.PLANTAGO MAJOR:{Spermatopsidae of zaadplanten}(Plantaginaceae of Weegbreefamilie)[Lamiales] Geslacht: Plantago; Soort: Plantago major.(Het smallere broertje van Grote Weegbree is PLANTAGO LANCEOLATA, dat ik persoonlijk leuker vind om naar te kijken omwille van de witte helmknopjes die lijken te dansen in de wind rond de donkere aar, waarvan de bloempjes bloeien van beneden naar boven).
24/5/2018: Meerkoeten met zes kleintjes

24/5/2018: Meerkoeten met zes kleintjes

“ ‘n Haiku-tje met nieuws van meerkoetjes met in hunkielzog zes kleintjes.” :-) Onlangs waren we weer aan het wandelen langs de Dender en een koppeltje meerkoetjes, de hoofdfiguurtjes in mijn beide boekjes, kwamen naar ons toe gezwommen met in hun kielzog, zes peddelende kleintjes. Ik schat dat ze toch al enkele weken oud waren, want de geelrode pluisjes leken al minder prominent aanwezig en het waren al niet meer de heel kleine pluizebolletjes van toen ze pas uit het ei waren gekomen. Maar niettemin zagen ze er erg schattig uit.De gele plompbladeren leken ook volop te groeien wat de kwaliteit van het water ten goede komt, hetgeen uitstekend is voor het dieren-, vogel-, vissen- en ander plantenleven.Bij het zien van dit alles had ik het gevoel vervuld te worden van blijheid en tevredenheid. De opdracht die ik mezelf had opgelegd bij het tekenen en schilderen van deze watervogeltjes, met een verhaaltje dat de aandacht zou kunnen trekken van kinderen, hun ouders en andere volwsssenen, lokt blijkbaar positieve reacties uit. Iemand riep zelfs uit dat ze het zo tof vond omdat het net was alsof ze van achter mijn rug, alles konden meemaken en vaststellen en dat ze zich deelgenoot voelen bij de vertaalde ‘lichaamstaalgesprekken’ met mijn meerkoeten-en futenvriendjes. Dit was nu net de beoordeling van mijn manuscript door Boekscout :-)Anderen vertellen me nu ook dat ze blij zijn te weten hoe die zwartwitte vogeltjes nu heten, niettegenstaande ze zo vaak langs de Dender gewandeld hebben en ze zelfs niet wisten welke watervogels dit nu waren.Dit doet dus echt plezier.Het bleek ook verstandig te zijn geweest een grote hoeveelheid Franstalige boeken besteld te hebben want daar was dus wel degelijk het taalprobleem bij sommigen naar aanleiding van de bestelling in Nederland...Ik ben ook wel geen hoogvlieger bij het promoten van mijn boek en een paar negatieve reacties bij enkele boekhandelaars, doen me algauw afhaken want ik wil niet bedelachtig overkomen. Gelukkig wil het prachtige, mooie planten-en dierenpark PAIRI DAIZA bij Aat, beide boeken bestellen en te koop aanbieden in hun shop. We zijn er geabonneerd en we proberen iedere keer als we in de buurt zijn, er een bezoek te brengen en we voelen er ons steeds weer alsof we er een kleine wereldreis ondernemen. De verzorging van de dieren is uitzonderlijk goed.Ook in Aat en in Bastenaken ( Bastogne) liggen enkele boeken in diverse boekenwinkels.Ik heb echt wel het vertrouwen dat de bal goed aan het rollen is en mijn boodschap terwille van de natuur en de dieren, de mensen, die er oor en oog voor hebben, zal bereiken.
20/5/2018: Zoals beloofd zet ik mijn “eekhoorntjesaquarel” op deze blog

20/5/2018: Zoals beloofd zet ik mijn “eekhoorntjesaquarel” op deze blog

“De wind blaast een haastbedwelmend lekkere geurvan voorjaarsbloeiers.” Hieronder zet ik ook even de planten die op de aquarel te zien zijn op een rijtje met achtereenvolgens eerst de benaming in het Nederlands, het Frans, het Duits en in het Engels. Daarna vermeld ik de LATIJNSE of wetenschappelijke benaming, de {Klasse}, de (Familie), de [Orde], waartoe de plant behoort en vervolgens het Geslacht. -Eekhoorn/Ecureuil/Eichhörnchen/Squirrel.SCIURUS VULGARIS:{Mammalia of zoogdieren}(Sciuridae of Eekhoorns)[Rodentia of Knaagdieren] Geslacht: Sciurus of Boomeekhoorns. -Paardenbloem/Pissenlit/Löwenzahn/Dandelion.TARAXACUM OFFICINALE:{Spermatopsidae of zaadplanten}(Asteraceae of composieten)[Asterales]Geslacht: Taraxacum. -Akkerhoornbloem/Céraiste des champs/Ackerhornkraut/Field chickweed.CERASTIUM ARVENSE:{Spermatopsida of zaadplanten}(Caryophyllaceae of Anjerfamilie)[Caryophyllales]Geslacht: Cerastium of hoornbloem. -Meiklokjes of lelietjes-van-dalen/Muguets/Maiglöckchen/Lily of the valley.CONVALLARIA MAJALIS:{Spermatopsida of zaadplanten}(Liliaceae of Leliefamilie)[Asparagales]Geslacht: Convallaria. -Vergeet-mij-nietje/myosotis of ne m‘oubliez pas/Vergissmeinnicht/Forget-me-not.MYOSOTIS:{Spermatopsida of zaadplanten}(Boraginaceae of Ruwbladigenfamilie)[Boraginales]Geslacht: Myosotis. -Bosviooltje/Violette de rivinus/Waldveilchen/Common dog-violet.VIOLA RIVINIANA:{Spermatopsida of zaadplanten}(Violaceae of viooltjesfamilie)[Malpighiales]Geslacht: Viola -Klaver/Trèfle/Klee/CloverTRIFOLIUM:{Spermatopsida of zaadplanten}(Leguminosae of Vlinderbloemenfamilie)[Fabales]Geslacht: Trifolium.
10/5/2018: sneeuw of pluis?

10/5/2018: sneeuw of pluis?

De RAVeL of de Réseau des Voies Lentes zijn toch heel interessant om erop te wandelen. Het zijn oude spoorwegen die omgevormd werden tot wandel- en fietsroutes om de wandelaars en fietsers de gelegenheid te bieden op ‘n aangename manier van de mooie natuur te genieten.Als het in de winter overal nogal erg modderig is, kan men er heerlijk wandelen zonder het risico te lopen dat men op wegen vol plassen en kuilen moet lopen. Ook op heel warme dagen is het er heerlijk koel toeven omdat er veel bomen en struikgewas staan in de bermen en men heeft geregeld uitkijkjes op het mooie, omringende landschap. Dit was gisteren het geval en waar we de auto konden parkeren, niet ver van een oud stationsgebouw, opgeknapt door vriendelijke mensen die we kennen, zagen we de dame in kwestie net meiklokjes plukken in haar tuin. We stopten even om een praatje te maken en onmiddellijk bood ze me aan of ze ook een boeketje voor me mocht plukken, dat we na het stappen mee naar huis konden nemen. Dat vond ik nu zo fijn en lief en ik bood haar op mijn beurt aan een aquarelletje te maken voor haar. Gisterenavond ben ik er al aan begonnen :-)Als het af zal zijn, neem ik een fotootje en zet het op deze blog!Tijdens het wandelen, leek het opeens te sneeuwen: veel fijne kleine vlokjes, maar we werden er niet nat van en het bleef liggen als wit pluis tussen de bermplanten. :-) “ ‘n Zonnigwarme dag,en toch lijkt ‘t alsof ‘t sneeuwt datblijft liggen als pluis.” Er zijn zo van die dagen dat je blij wordt met zo’n lieve attentie als een boeketje Lelietjes-van-dalen of Convallaria majalis: een ware weldaad voor de reuk- en gezichtszintuigen :-) De laatste dagen kreeg ik ook verschillende positieve reacties van lezers die mijn boekje reeds gelezen hebben. De aquarellen en de tekst blijken in de smaak te vallen. Zoiets doet zoveel plezier. Ook als je verneemt dat men van een 10-jarig knaapje, vanaf het moment dat hij erin begon te lezen, amper nog iets hoorde omdat hij zo gefocust was op zijn lectuur. Heerlijk toch? “Zo hoog als ‘n leeuw’rikvliegt m’n hart de hoogte inwijl ‘t vrolijk tier’liert ” CONVALLARIA MAJALIS is de wetenschappelijke benaming voor meiklokjes of lelietjes-van-dalen ( majalis=van de mei){Klasse: Spermatopsida of zaadplanten}(familie: Liliaceae of Leliefamilie)[Orde: Asparagales]Geslacht: Convallaria Meiklokjes of lelietjes-van-dalen, Muguets, Maiglöchchen, Lily of the valley. Meiklokjes zijn echter wel giftig en zoals ik eens gelezen heb, giet men het vaaswater gewoon weg als de bloempjes verwelkt zijn en alsjeblieft, niet geven aan je huisdier om op te drinken!Dieren drinken, net als wij, elke dag liefst fris vers water.
Look-zonder-look en daslook:

Look-zonder-look en daslook:

“Look-zonder-look enDaslook zijn dus in ‘t geheelniet dezelfde plant!” Het is mei, alles groeit en bloeit en als het zonnetje schijnt, lijken alle mogelijke lentebloeiers te wedijveren om er zo goed en mooi mogelijk tevoorschijn te komen. Heerlijk om te wandelen bij het zien van zoveel moois. Tussen al het groen, groeien tussen het hakhout langs de heggen en onder de bomen, kleine witte bloempjes met 4 kroonblaadjes, op een lange stengel met daaraan mooie frisgroene hartvormige bladeren met een onregelmatige, getande rand die het geheel afronden. In een beetje schaduw staan ze op z’n frist. Als men een blaadje kneust, komt een uien-of knoflookgeur vrij. Maar Alliaria petiolata of Look-zonder-look, dankt zijn naam aan het feit dat het dus wel geen lookplant is. Petiolata betekent ‘met een steel’ en Alliaria is afgeleid van Allium (=knoflook) omdat het juist een knoflookgeur afgeeft. Botanisch echter is Look-zonder look helemaal geen knoflookplant. Het behoort tot de kruisbloemenfamilie of de Brassicaceae, net zoals de pinksterbloem en koolzaad. Alles van Look-zonder-look kan in de keuken gebruikt worden: bloemen, bladeren en zelfs het zwarte zaad in de langwerpige hauwtjes, dat als pepervervanger dienst kan doen. De looksmaak kan soms ook naar mosterd smaken, vandaar de benaming Garlic mustard in het Engels. Look-zonder look, Alliaire officinale ou Herbe à l’ail, Lauchkraut oder Knoblauchsrauke, Garlic mustard Wetenschappelijke naam: Alliaria petiolata (vroeger ook Alliaria officinalis genoemd wegens zijn geneeskrachtige eigenschappen): {Klasse: Spermatopsida of zaadplanten};(Familie: Brassicaceae of kruisbloemigen);[Orde: Brassicales];Geslacht: Alliaria Ik was blij deze plant, die ik jaarlijks wel ben tegengekomen bij het wandelen,maar er in feite de naam niet van wist, even op te zoeken in mijn plantenboek en dan op het internet. Ik moet eerlijk bekennen dat ik erg verbaasd was. Ik had steeds aangenomen dat Look-zonder look een andere benaming was voor Daslook of Allium Ursinum die om één of andere reden volop in onze tuin te Herne, elk jaar tot bloei kwam. Blijkbaar had het bolgewas het er goed naar z’n zin, daar het er zich volop vermeerderde. Lekkere salades, pestosausjes, hardgekookte eitjes met gesnipperde daslookblaadjes,... ja, al dit lekkers heb ik ermee kunnen bereiden. Hier in de Hoge Ardennen, gaat het niet zo goed met de groei ervan. Één plantje heb ik, maar het wil zich niet goed vermeerderen. Misschien moet ik het eens een andere standplaats geven, meer in de schaduw plaatsen? De bladeren zijn ovaalvormig (2-5cm breed), donkergroen en parallelnervig.De bloemen bevatten 6 witte ovale bloemdekblaadjes en zijn in losse bloemschermen gegroepeerd. Als men zo een bloempje goed bekijkt, ziet men 6 witte meeldraden en een driedelige stamper. De zaden zijn zwartbruin. Ze bloeien van april tot juni en soms tot in juli. Op plaatsen waar ze veel voorkomen, ruik je de lookgeur heel goed. De planten komen vaak in groepen voor; na de bloei sterft het blad af en het verdwijnt geleidelijk, terwijl de bloembol ondergronds overblijft. Daslook is een beschermde plant. Het houdt van humusrijke kalkhoudende grond en schaduw. Wetenschappelijke naam: Allium ursinum: {Klasse: Spermatopsidae of zaadplanten};(Familie: Alliaceae of lookfamilie);[Orde: asparagales];Geslacht: Allium (look) Daslook, Ail de l’ours ou Ail sauvage, Bärlauch,Ramson or bear leek of wild garlic De berennaam zou afkomstig zijn van het feit dat de beren na hun winterslaap heel graag de knollen opgroeven om ze op te smullen. Dassen zouden ze net zo graag lusten. En nu, nog een kleine Japanse haiku om mijn verhaal met nogal een lookgeurtje, af te sluiten met goed nieuws: een veulentje is sinds gisteren de Haflingerpaardenschare komen vervoegen in de weide hier, achter onze tuin. :-) “ ‘n Dag in mei, allesbloeit en in de wei, is ‘n piep-jong veulen erbij”
28/4/2018: Fluitenkruid en paardenbloem

28/4/2018: Fluitenkruid en paardenbloem

Na een paar drukke dagen, ben ik hier weer met enkele natuurpareltjes.Tijdens de warme en zomers aandoende aprildagen, konden we bij een verblijf van een week in het Henegouwse Aat ( Ath in het Frans, gelegen in de Pays des Collines), even heerlijk gaan fietsen langs de Dender. Daar kon ik weer Atrien en Fulimon zien, de meerkoeten-hoofdfiguurtjes uit mijn boekjes. Eigenaardig maar waar, kwam Fulimon weer naar ons toe gezwommen, terwijl we Atrien aan de overkant van de Rivier op haar nest zagen zitten.De bermen waren getooid in geel en wit en we werden vrolijk bij het zien van de vele paardenbloemen en het fluitenkruid. En spontaan ontstond de volgende haiku: “Zomers aprilweerzorgt voor bloeiende bermenen bijtjesgezoem“ Fluitenkruid/Cerfeuil sauvage of Cerfeuil des ânes/Wiesenkerbel/Cow parsley of lady’s lace.Wetenschappelijke naam=ANTHRISCUS SYLVESTRIS{klasse: Spermatopsidae of zaadplanten}(familie: Apiaceae-Umbelliferae of schermbloemigen)[orde: Apiales] Geslacht: Anthriscus (kervel). Clade: bedektzadigen. Als men de witte bloemschermen van het fluitenkruid bekijkt, denkt men onmiddellijk aan fijn kant en P.Thijmse heeft het fluitenkruid daarom ook ‘Hollands kant’ gedoopt. Ook in Engeland spreekt men over ‘Lady’s lace’.Omdat men er ook fluitjes van kan maken, wordt Anthriscus Sylvestris of wilde kervel meestal fluitenkruid genoemd. Ik beken echter wel dat het me nog nooit echt gelukt is een fluitje te maken... Misschien kan iemand mij hier even een goede tip geven hoe ik op de beste manier een goed fluitend fluitje kan maken uit het fluitenkruid? De bloei is van april tot juni. Plant en bladeren zijn behaard en het is de moeite om eens goed naar één zo’n klein wit bloempje van ongeveer 3-4mm doormeter van een bloemenscherm te kijken: het bloempje bestaat uit 5 witte kroonblaadjes: 1 grote, 2 kleinere en 2 kleine kroonblaadjes. “In de berm bijeenstaan fluit’kruid en paardenbloemte aprilzonnen” Paardenbloem/Pissenlit/Löwenzahn/Dandelion.Wetenschappelijke naam=TARAXACUM OFFICINALE{klasse:spermatopsidae of zaadplanten}(familie:Asteraceae of composieten)[orde: Asterales] Onderfamilie: cichorioideae. Clade: bedektzadigen. In de Composietenfamilie zijn de bloemen sterk gereduceerd en klein en staan ze dicht bij elkaar in een bloemhoofdje. De paardenbloemen toveren momenteel overal tussen het frisgroene gras een patchwork van gele bloemhoofdjes. Prachtig is dat :-) En later worden het witte pluizenbollen die bij elke windstoot paraplu-achtige pluisjes loslaten, elk 1 zaadje dragend en verder weggeblazen worden tot waar ze weer ergens neerkomen en waar weer wat later, een mooi paardenbloempje ontstaat. Men wordt er een beetje lyrisch van, nietwaar? Ziehier de vrucht van zo’n poëtische mijmering: “Lentefris groen blad...net ‘n pointillistisch tableaumet paardenbloemen.” Ondertussen lijkt het balletje, dat werd uitgeworpen met de promotiemails in verband met de verschijning van mijn boekjes, redelijk goed verder te rollen. In enkele boekenwinkels te Aat liggen ook inkijkexemplaren en sinds gisteren ook in een mooie boekhandel te Bastenaken. Het wordt met enthousiasme onthaald en dat doet echt plezier!
Vroege voorjaarsbodes: het kleine hoefblad en de Tjiftjaf

Vroege voorjaarsbodes: het kleine hoefblad en de Tjiftjaf

Deze blog is eigenlijk een voortzetting van wat ik in mijn boeken geschreven heb: bij het wandelen zie ik iets dat me fascineert en ik zoek dan een beetje informatie op om dan met een fotootje en wat uitleg het vast te kunnen houden in mijn herinnering. Een kleine Haiku komt er dan wel dikwijls bij piepen. Dit wil ik regelmatig met jullie delen... Vandaar de titel van deze blog: «Druppelsgewijs natuurpareltjes sprokkelen »De header van de blog toont een foto van het Kleine Hoefblad, een echte voorjaarsbode.Het kleine Hoefblad of Tussilago farfara behoort tot de familie van de Asteraceae of Composietenfamilie. We zien de vrolijke gele bloemetjes in maart al verschijnen en soms ook al eens in februari als de weersomstandigheden gunstig zijn. Het zijn zogenaamde naaktbloeiers omdat de groene hoefbladvormige blaadjes pas na de bloei tevoorschijn komen. Ze staan dan als een rozetvormige krans rond de steel. Je wordt er gewoon vrolijk van als je die kleine zonnetjes ziet stralen :-) »De straalzonnetjesvan ´t kleine hoefblad tonen (Kleine Hoefblad/le tussilage ou pas-d’âne/Hufflattich/coltsfoot)glorend hun blijdschap. »De Tjiftjaf of Phylloscopus collybita is ook zo’n voorjaarsbode en je wordt gewoon blij als je het vogeltje zijn naam hoort roepen en zingen. Hij komt vroeg in april terug naar zijn broedgebied ( Nederland,België,...) vanuit Spanje, Portugal en Noord-Afrika, waar hij overwintert. Op de dag dat mijn boekjes verschenen, hoorden we hem kuidkeels zingen en het leek wel of hij het goede nieuws mee wou uitbazuinen... Het is een 11cm lang vogeltje die graag in hoge gemengde bossen leeft maar komt tegenwoordig ook voor in parken en tuinen waar hij het naar z’n zin heeft. Hij lijkt op een fitis maar is minder geel, heeft kortere vleugeltjes, zijn pootjes zijn donkerder en het wipt ook regelmatig met z’n staart. Hij nestelt in een ovenvormig nest in lager struikgewas, een beetje boven de grond met de opening goed verstopt door de dichte vegetatie. Meestal worden er 5 tot 6 witte eitjes gelegd, met bruine en rode spikkeltjes en na 14 dagen ongeveer komen de kleintjes uit om na nog eens 14 tot 16 dagen uit te vliegen. (zie foto van aquarel op 13/4/2018)Tjiftjaf/Pouillot véloce/Zilpzalp/Common Chiffchaff.{klasse: Aves}(familie: Phylloscopidae)[orde:Passeriformis] Geslacht:Phylloscopus=bosvogels, Sylvidae=zangers.
tjiftjaf - pouillot véloce

tjiftjaf - pouillot véloce

"De tjiftjaf tjiftjaft Boekscout‘s megafoontje na:Mijn boekjes zijn daar!" "Le pouillot Véloceimite le p‘tit megaphone:Mes bouquins sont là!"
Heuglijk startblognieuws - Joyeuses nouvelles par ce blog

Heuglijk startblognieuws - Joyeuses nouvelles par ce blog

«Heuglijk startblognieuws:Met ‘n haiku verklap ik de komstvan m’n twee boekjes :-) » En dit op vrijdag 13 april! Na 13 maanden min 1 dag ligt het verhaal van mijn ontmoeting met het meerkoetje met haar familie en medewoners in de Rivier leesklaar op jullie te wachten. Dankzij de fantastische hulp van het Boekscoutteam die me doorheen deze spannende tijd geloodst heeft, ligt mijn pennenvrucht met aquarellen nu bij de drukker. Nog even, en dan kan ik hét resultaat in boekvorm vasthouden! Waw! »Par ce haïku-blog,l’ annonce joyeuse que meslivres s’ront bientôt là :-) »Et ceci ce vendredi 13 avril! Après 13 mois moins 1 jour, l’histoire de ma rencontre avec la foulque et ses congénères dans la Rivière, est prête à lire et vous attend. Un grand merci à toute l’équipe Boekscout qui m’ a guidé durant ce temps passionant!Gerda
Raadsels watervogels - Devinettes oiseaux aquatiques

Raadsels watervogels - Devinettes oiseaux aquatiques

Voor het raadselspelletje ( 4 x 11 foto's van aquarellen: de vogels, hun jongen, hun poten en hun voetafdrukken) zie https://www.boekscout.nl/media/raadselspel.pdf. De aquarellen kunnen worden afgedrukt en zo gebruikt om het raadselspelletje te spelen. Let op: het bestand is 153 MB ( best via WIFI downloadbaar).Pour les devinettes (4 x 11 photos d'aquarelles: les oiseaux, leurs petits, leurs pattes et leurs empreintes), voir https://www.boekscout.nl/media/raadselspel.pdf. Ces aquarelles peuvent être imprimées et alors utilisées pour jouer les devinettes. Attention: le document est assez vaste (153 MB) et c’est donc préférable de le télécharger avec WIFI.